Column Ondernemersfonds #6: Wordt een ondernemersfonds wettelijk verplicht?

Het Ondernemersfonds. Het concept is aan onze tekentafel ontstaan. We hebben tientallen fondsen in de startfase mogen begeleiden. En we staan vele bestaande fondsen bij in ambities voor doorontwikkeling. En ieder jaar komen er weer een paar bij. Wat zijn de leereffecten van bijna twintig jaar praktijkervaring? Wat kunnen de fondsen van elkaar leren? En wat moeten initiatiefnemers van nieuwe fondsen weten als ze aan de slag gaan?

In een terugkerende column gaat Rob in op verschillende vragen. Hij komt met voorbeelden uit de praktijk en geeft zijn visie op actuele onderwerpen. Dit is column #6: “Wordt een ondernemersfonds wettelijk verplicht?”

In de gebruikelijke column over ondernemersfondsen deze keer aandacht voor een ‘gerucht’. 

We waren in gesprek met een gemeente waar het klimaat voor samenwerking tussen ondernemers niet goed was. De boerenacties met omgekeerde vlaggen hadden voor veel animositeit gezorgd. Groepen stonden tegenover elkaar. Er was weldegelijk een noodzaak tot meer samenwerking, dat zag de wethouder wel. Energietransitie en circulariteit gingen meer van boeren en bedrijventerreinen vergen dan op basis van individualiteit mogelijk was,. Maar hij zag er niet een vraag in waar hij een vruchtbaar politiek gevecht over kon aangaan. Zijn ambtenaren wisten niet zo goed wat ze met de impasse aan moesten. Er werd verzucht dat er wellicht gewoon gewacht moest worden, omdat zo tegen 2030 er toch een wettelijke verplichting zou komen om een ondernemersfonds in positie te brengen. 

We konden het gerucht niet plaatsen en gingen op zoek naar de bron. We kwamen uit bij het rapport ‘Samen werken. Kiezen voor toekomstbestendige bedrijventerreinen’’, van de Raad voor de Leefomgeving en Infrastructuur (RLI) uit oktober 2023. Het gerucht bleek wel en niet te kloppen.
Wel, in de zin dat de RLI vaststelt dat je een terrein alleen kunt verduurzamen met een hoge organisatiegraad en een goede samenwerking en dat daar een verplichtend wettelijk kader voor moet komen, een ‘Wet Organisatievormen Bedrijventerreinen’. Niet, in de zin dat het politieke klimaat landelijk wel erg lijkt op dat van die gemeente waar we het gerucht in eerste instantie hoorden: er zit een kabinet met verwantschap met omgekeerde vlaggen, niet met samenwerking over de grenzen van sectoren heen.

Wat zouden we ervan vinden als er wel een serieus debat over een verplicht ondernemersfonds zou komen? We mogen ons een mening permitteren, als ‘fouding father’ van het ‘Leids model’. En omdat het Leids model weer de gangmaker van de BIZ en van de vernieuwde toepassing voor fondsvorming van de Reclamebelasting was, ligt het misschien wel aan ons dat de RLI überhaupt op het idee gekomen is. In 2005 werd in Leiden immers het aloude taboe geslecht op een belastingverhoging als instrument voor collectiviteit, tegen alle weerstand in.
Vraag is dus: wat vinden we van een mogelijke verplichting? Antwoord niet doen. En: wetgever, landelijke politiek: bemoei je er niet mee.

We hebben twee redenen voor deze stelligheid.

De eerste: met een wettelijke regeling komen voorschriften, regels, aanwijzingen, administratie. Hetzelfde RLI-rapport klaagt over de regeldichtheid van de BIZ. Die regeldichtheid is er en die is geen weeffout, maar volkomen ingebakken in de wettelijke structuur. Eenvoudige en flexibele wetten zonder ballast aan regels bestaan niet. Bovendien zijn wetten beter in iets tegenhouden – misdrijven, misbruik, machtsconcentratie – dam om iets constructiefs af te dwingen. Wetten appelleren al sinds de Tien Geboden op beheersing, niet op creativiteit en ambities.

De tweede reden is essentiëler. We zijn in 2004 niet met het Leids model begonnen vanwege verduurzaming of circulariteit, zoals de RLI nu in het discours brengt. Ook niet vanwege marketing en promotie, of veiligheid, of belangenbehartiging, of ondermijning, of arbeid en techniek of welk ‘topic of the day’ ook maar. We zijn met het Leids model begonnen vanuit het emancipatiemotief: ondernemers die zelf regie voeren over hun bedrijfsomgeving, zelf hun agenda en kennispositie opbouwen en als gelijkwaardige partij naast de overheid staan. Een wettelijke verplichting maakt de georganiseerde ondernemers weer uitvoerders van de overheid. Daar ging het in 2004 helemaal niet om. Het ging om medeverantwoordelijkheid, om gedeelde macht, zo u wilt. Machtsvorming verloopt via de weg van het geld: gezamenlijke en structurele financiering verschaft ondernemers een regie- en onderhandelingspositie. Maar het geld is een middel en niet een doel. Laat staan een doel dat samenvalt met een overheidsagenda. Met ondernemerszelfbestuur mobiliseer je ondernemerschap en creativiteit. Met een wettelijke verplichting lok je volg- en wellicht verzetsgedrag uit.

Het is prima dat tot op heden de meerderheid van de gemeenten nog geen ondernemersfonds heeft. De keuze voor een ondernemersfonds versterkt je lokale innovatie- en concurrentievermogen. Als je buren daar niet voor kiezen: mooi zo, laat ze maar begaan. Als gebieden en sectoren niet kiezen voor samenwerking en daarmee gefaciliteerde duurzaamheid, veiligheid of marketing: OK, de markt haalt ze wel in.

Intussen beleven we wel een kleine explosie van gemeenten waarin ondernemers nu aan een ondernemersfonds werken. Waar komt dat vandaan? Is het de energietransitie? De toenemende bekendheid en de goede voorbeelden? Of toch een antwoord op het omgekeerde-vlaggen-klimaat? Daar gaan we in een volgende column op in.

Rob Manders

Gerelateerde artikelen

Optimisme en demografie

Optimisme en demografie Het Kabinet-Schoof: lessen uit Canada, Hongarije en Afrika en twee oude Europeanen In dit artikel behandelen we twee dingen. Ten eerste het verband tussen maatschappelijk optimisme en bevolkingsgroei. Dat [...]

Droombeelden en doemscenario’s

Droombeelden en doemscenario's Bij mij thuis op de wc hangt een poster met daarop een kaart van Nederland. Het is een drukke kaart met veel tekeningen en tekst. Stukken van de kaart, [...]

Het verschil tussen aso en adel

Het verschil tussen aso en adel - het verbindend vermogen van een lokale elite Journalist Gertjan van Schoonhoven had een ‘long read’ over Wassenaar in het zomernummer van EW (voorheen Elsevier). Hij citeerde [...]

Meer artikelen

Explosief optimisme

De foto op de thumbnail is afkomstig van het betreffende bedrijf Explosief optimisme Het mooie van veel ondernemerscontacten is dat je op bijzondere plekken komt. Zo waren we recent te gast [...]

Neem contact op

Neem contact met ons op via bijgaande contactgegevens. Wij komen spoedig met een reactie.

Inschrijven voor onze nieuwsbrief: