Project omschrijving
Het ideaal van de inclusieve arbeidsmarkt
In de Arbeidsmarkt Quikscan die we opstelden voor de Leidse regio, gaan we onder meer in op de kwetsbare populatie en het ideaal van de inclusieve arbeidsmarkt. Onderstaande de hoofdlijn van onze analyse.
Een deel van de beroepsbevolking – in het 071-gebied een 8 tot 9% – moet tot het kwetsbare aanbod gerekend worden. Daarvan heeft het grootste deel te maken met een arbeidsbeperking, het overige deel verkeert in een bijstandssituatie. Kwetsbaar zijn in een bloeiende regio is een ‘mixed blessing’. Aan de ene kant verschaft een dynamische context met veel baanopeningen en veel baanwisselingen veel kansen aan mensen met een achterstand op de arbeidsmarkt. Aan de andere kant is het entreeniveau feitelijk hoger dan in ‘rustigere’ regio’s’: de productiviteit en de hectiek zijn hoog, er is weinig ruimte voor begeleiding, de eisen aan ‘soft skills’ maken zelfs eenvoudig werk ingewikkeld. De complexiteit van arbeidsprocessen neemt toe en vergt een hoger niveau van competenties en ‘soft skills’. Niet iedereen zal die competitiedruk aan kunnen.
Natuurlijk is dit een algemene vaststelling. Individuen in de bijstand of de arbeidsongeschiktheid zijn zeker niet kansloos. Er is nog steeds enige dynamiek tussen de ‘onderkant’ en de wereld van de volledig economisch zelfstandige beroepsbevolking. En het heeft ook zeker zin om met projecten de ‘onderkant’ handreikingen te blijven beiden. Maar daarnaast is het zaak rekening te houden met een blijvend kwetsbare groep van mensen die noch het leervermogen noch het competentieniveau hebben om zich op een hoogproductieve werkvloer te handhaven. Het zal dan vooral om de arbeidsgehandicapten gaan.
Op dit moment is de acceptatie van dit ‘fact of life’ nogal gebrekkig. Het Rijksbeleid zet in op vergaande integratie van de kwetsbare groep in het reguliere werkproces. Dat beleid krijgt vorm in de Participatiewet. Die wet is de opvolger van de wet werk en bijstand, de wet op de sociale werkvoorziening en de wet voor jonggehandicapten. In de naam van de wet ligt de pretentie besloten: er is voor iedereen plaats op de markt, mits met goede ondersteuning. De wet bevat een instrumentarium voor plaatsing en loonkostentegemoetkomingen van arbeidsgehandicapten in het reguliere bedrijfsleven. Klopt de pretentie van participatie van arbeidsgehandicapten met de huidige context van de bedrijven? Bedrijven komen en gaan. Over tien jaar zullen bedrijven een leidende rol spelen die nu nog niet eens bestaan. De ‘urban professional’ houdt het hoog competitieve leven vol door voortdurend aan zijn talent te werken. En de onzekerheid past hem ook als levensstijl: hij wil geen standaard loondienstomgeving. Er moeten avontuur en autonomie zijn in het leven, ook in het werk. Is het realistisch om te veronderstellen dat er in zo’n economie ruimte is voor en vraag naar mensen die begeleiding, stabiliteit en ondersteuning nodig hebben?
De Participatiewet is in z’n uitvoering voor een groot deel afhankelijk van de goede wil van bedrijven (met een quotumregeling als stok achter de deur). Bedrijven die breed in de samenleving willen staan en aandacht hebben voor diversiteit, inclusief mensen die begeleiding nodig hebben. Het leidt tot proefplaatsingen, tijdelijke aanstellingen, parttime-aanstellingen, stages. Die initiatieven brengen verbindingen tot stand tussen het bestand van werkzoekenden en de reguliere markt. Maar het komt maar heel weinig voor dat iemand uit het ‘granieten bestand’ een baan verwerft op de markt waarmee hij blijvend in zijn eigen levensonderhoud kan voorzien. Er wordt zeker in de ‘sterrensteden’ vaak gewezen op het begrippenpaar SMO en MVO, sociaal-maatschappelijk ondernemen en maatschappelijk verantwoord ondernemen. Idee is dat er veel bedrijven zijn die zich graag met deze begrippen willen onderscheiden en in hun marketing willen aangeven breed in het leven te staan. Maar bezien vanuit de motieven van de werkgever, zijn smo en mvo wankele bronnen voor beleid. Het lijkt op het sponsoren van cultuur en sport. Het hoort erbij, maar het raakt niet de kern van de bedrijfsvoering. Zeker wanneer een kwetsbare onderneming in het midden- en kleinbedrijf tegenslag in de markt ondervindt, neemt de competitiedruk toe en is er alleen aandacht voor de kern van de bedrijfsvoering.
Recente rapporten maken het probleem nog eens extra duidelijk.1 Bij de plaatsing van een kwetsbare kandidaat is het uitgangspunt doorgaans dat hij ondersteuning moet krijgen om zich aan te passen aan de bedrijfsomgeving. Maar de afstand tussen een kandidaat en het reguliere functieprofiel in een bedrijf is vaak echt groot. Er is heel veel voor nodig om die afstand te overbruggen. De plaatsing blijkt alleen effectief bij het omdraaien van het uitgangspunt: niet de kandidaat, maar het bedrijf moet zich aanpassen. In het UWV wordt dat de ‘inclusieve arbeidsorganisatie’ genoemd. Is dat in de 071-economie met de hoge competitiedruk wel een realistische vraag? Zijn de rust en de aandacht er wel voor?
Of is er een andere manier om mensen die blijvend niet aan de hoge kwalificatie eisen kunnen voldoen toch duurzaam te laten participeren? Kennelijk is het nodig om een werkomgeving te scheppen die zich aan deze kandidaten aanpast, in plaats van andersom. Zo’n omgeving was er: de sociale werkplaats. Wellicht is de sociale werkplaats aan een herwaardering toe. Er is genoeg maatschappelijk nuttige arbeid te verrichten waar geen koopkrachtige vraag tegenover staat.
Daarmee hoeft het ideaal van een ‘inclusieve’ arbeidsmarkt niet te verdwijnen. Werkgevers en werknemers kunnen verantwoordelijk worden gemaakt voor de participatiemogelijkheden van de onderkant te financieren via een fiscale regeling. Bedrijven die alsnog arbeidsgehandicapten in dienst nemen kunnen daar een vrijstelling van krijgen, bedrijven die dat niet doen betalen hun afdracht en leveren zo hun bijdrage aan een goed toegeruste sociale werkplaats en aan de solidariteit op de arbeidsmarkt.
Contact
- 071-524 7500
info@
- 06- 1217 2126 (Rob)
Vestwal 2-4 , 2312 NP Leiden
Downloads
Op deze pagina een verkorte weergave van de tekst uit de Arbeidsmarkt Quickscan. Onderstaande de volledige tekst – hoofdstuk 5 van het rapport.